Kattenkrabbels


Onderdelen van deze pagina hebben betrekking op verschillende onderwerpen, niet alleen over gedrag, maar ook over handige/informatieve linkjes, boeken en andere katten zaken.

Deze pagina zal regelmatig aangevuld worden.


Samenwerking met Dierenartsen

Ik werk samen met o.a. de volgende dierenartspraktijken:

• Dierenkliniek Heusden & Altena

• Dierenkliniek Sleeuwijk


Blogs

De ADHD kat

Een vriendin had vroeger een kat die uitermate rustig was, zo erg zelfs dat hij nagenoeg niet met spelen te verleiden was.

Dit komt zelden voor maar met de kennis van nu weet ik inmiddels ook dat dit een signaal kan zijn van een onderliggend probleem, maar zo wordt dit door het baasje niet ervaren.
Wat ik tegenwoordig wel veel vaker als probleem hoor is dat een katje ADHD heeft. Nu hebben wij als voormalig gastgezin veel kittens in huis gehad en zie je wel iets verschil in energie, maar om daar nu gelijk ADHD aan te verbinden,………. Bij doorvragen blijkt dit vaak te gaan om jonge tot zeer jonge katten die bovendien, soms ook alleen in het gezin zijn en dan soms ook nog regelmatig alleen thuis zijn.

Een jong katje zoals een kitten of een halfwas heeft enorm veel energie, vergelijk het maar met een kleuter van een jaar of 4-5. Die zijn eigenlijk ook altijd bezig met spelen, lekker alles willen ontdekken en de wereld om hun heen verkennen en zich eigen maken. De kittens oefenen dan ook volop met alles was ze aan gedrag beschikbaar hebben en kunnen de mooiste capriolen maken.

Ook katten tot een leeftijd van 4-5 jaar zijn in de kracht van hun leven, zijn graag bezig en zitten nog ruim in de energie. Dat is ook logisch want dit zijn toch ook wel de jaren dat je je voort moet planten en daar moet je in goede conditie voor zijn en net als bij mensen moet je je conditie goed bijhouden.
Vaak wordt gedacht dat na het echte kitten-zijn de energie wel zal gaan afnemen, maar grote kans dat dit pas na een jaar of 5-6 is en natuurlijk is dat ook geen wet van meden en perzen, want net als bij mensen is iedere kat weer anders, dus ook hoe actief of minder actief ze zijn kan heel verschillend zijn.En voor die energie moet natuurlijk wel een uitlaatklep zijn.

Maar wat vind je nu ADHD bij een kat? Is dat omdat hij elke keer weer een spelletje wil doen? Of is dat omdat hij zo af en toe een paar minuten heel hard door het huis rent, of gaat hij een beetje lopen klieren of misschien zelfs wel wat slopen?

Of was je misschien toch eigenlijk op zoek naar een kat die lekker de hele avond bij je op schoot komt liggen?

En als je dan een ‘ADHD’ kat hebt wat kun je daar aan doen?

Als een jonge kat alleen is en hij kan niet naar buiten, is hij voor heel veel activiteit afhankelijk van jou. Het is natuurlijk wel leuk om zelf met een muisje, touwtje of balletje te spelen, maar interactie met jou is vaak vele malen leuker en daar kun je veel meer energie in kwijt!

Het is voor een kat überhaupt normaal gedrag om frequent zijn territorium te controleren en een keer of 20 zijn jachtbehoefte uit te kunnen voeren om voldoende keren succesvol te zijn om te voorzien in zijn eten, want niet elke poging slaagt natuurlijk.

Dus wil je een binnenkat een beetje ‘normaal’ laten jagen moet je toch wel een aantal keer met zo’n mooie hengel aan de slag zodat hij daarbij van die mooie capriolen kan maken en zijn energie mee kwijt raakt.

Bovendien blijven heel veel katten tot op hoge leeftijd wel zin in een spelletje houden, alleen dan niet meer zo lang achter elkaar.

Of was misschien ADHD dan een afkorting van “Alle Dagen Heel Dartel ” ?


Kittentijd! - en hoe zit dat met opvoeden?

Corona of niet, alles in de natuur gaat gewoon door dus begint het zo langzamerhand ook weer kittentijd te worden en hoewel we geen gastgezin meer zijn voor ongesocialiseerde kittens van het asiel zit ik nog wel bij de besloten facebookgroep van de gastgezinnen en geniet dan ook weer volop van al die mooie, leuke en ontwapenende filmpjes die voorbij komen.

Het brengt ook elke keer weer leuke herinneringen naar boven, maar ook aan een aangetrouwd nichtje die een kitten in huis had gehaald en waarmee ik heel wat gesprekjes heb gevoerd over het opvoeden van kittens. Want ja, hoe voed je nu een kitten op – hoe leer je een kitten nu wat wel en niet kan en mag en hoe krijg je het voor elkaar om van zo’n klein kittentje een grote stoere evenwichtige kat te maken die weinig angstgedrag laat zien voor dingen waar die niet bang voor hoeft te zijn.

Kittens leren betrekkelijk weinig van hun moeder. Ze biedt ze, als ze de kans heeft, de prooien in eerste instantie dood aan zodat ze leren wat ze kunnen eten, en ietsje later neemt ze de prooien levend mee naar huis zodat de kittens kunnen oefenen met hun eten. Veel meer dan dat leert ze ze eigenlijk niet in de vorm dat ze actief bijdraagt in wat de kittens wel of niet moeten doen.

Waar de kittens wel naar kijken en wat ook een vorm van leren is, is hoe moeders reageert op voor de kittens nieuwe situaties en geluiden. Als moeder b.v. schrikt en wegrent is dat voor de kittens ook het sein om weg te wezen. Reageert moeder nu heel relaxed, gaat er naar toe of reageert er helemaal niet op, dan zullen de kittens op onderzoek uitgaan.

Het opvoeden van kittens is eigenlijk niet heel veel meer dan ze alle gelegenheid geven om op onderzoek te gaan en ze zoveel mogelijk voor hun vreemde, maar normale, omstandigheden aan te bieden zodat ze op eigen tempo heel veel ervaringen op kunnen bouwen zonder dat dit negatieve consequenties voor hen heeft en als eigenaar stuur je af en toe een klein beetje bij.

Eigenlijk kun je het een beetje vergelijken met de leerervaringen van peuters. Ze beginnen de wereld om hen heen te ontdekken en gaan steeds meer op onderzoek uit. Dat kan wel eens pijnlijk zijn omdat dit met vallen en opstaan gebeurt maar dan leren ze dat ze soms iets voorzichtiger moeten zijn maar dat verder wel alles hetzelfde blijft en dit geen hele vervelende gevolgen heeft.

Voor kittens betekent dit dat ze echt overal op en in willen. Zo hadden we een kitten Izzy die het altijd geweldig vond om overal achter en tussenin te willen kruipen. We waren haar al eerder een keertje ‘kwijt’ geweest, maar deze keer duurde het wel erg lang voor ze weer tevoorschijn kwam. Zelfs tegen etenstijd was ze nog niet boven water. Alle kasten waren inmiddels geïnspecteerd, want voor je het weet sluit je er nl. 1 onbedoeld op, maar geen spoor van Izzy. Dank zij haar broertje Indy hebben we haar per slot van rekening gevonden. Hij bleef maar in de buurt van het keukenkastje naast de vaatwasser alles onderzoeken. Achter de vaatwasser was een heel smal strookje en daar had ze zich tussenin gewrongen.

Wij volgden eigenlijk altijd de redenering ‘als ze er in kunnen dan kunnen ze er ook weer uit’ maar dat leek nu echt niet het geval te zijn. Dus wat doe je dan, juist, de vaatwasser demonteren en naar voren halen. Een klein uurtje verder was het zover en ja hoor, daar kwam ze. Opgestoken staartje en ja ze wilde wel graag eten 😉

Het mooie van dit gebeuren is dat Izzy, die toch wel wat angstig van natuur was, na dit incident ook weer wat zelfvertrouwen had gewonnen en dat kon ze goed gebruiken!

 

Hier begrijp ik niets van!?

Een vriend is gek op katten en kent dus ook alle katten in de buurt en kan er goed mee overweg. Bij een bezoek aan zijn studerende dochter bleek ook in het studentenhuis een kat aanwezig. Dus je kent dat wel, hij aaien maar ineens draait de kat zich om en haalt uit. Hij helemaal verbluft – zo maar ineens?! – hier begrijp ik niets van!

De kat blijkt van 1 van de studenten in huis te zijn waar nog 7 andere studenten wonen. De kat kan op verzoek naar buiten en naar binnen en kan, naast de slaapkamer van zijn baasje ook in de grote gezamenlijke woonkamer en keuken. Hij is dus wel wat wisselende gezelschappen en aandacht gewend zou je denken.

Wat zou hier nu aan de hand kunnen zijn? Hij kan pijn hebben en dus reageren op een pijnprikkel. Bij verder vragen lijkt er niets fysieks met de kat aan de hand te zijn, hij is nog niet zo heel oud en vertoont normaal spring- en spelgedrag, maar blijkt wel vaker ineens uit te halen als hij geaaid wordt.

Wat ik eigenlijk denk dat hier aan de hand is (op basis van deze beperkte gegevens), is dat de kat teveel aandacht krijgt – teveel geaaid wordt, in ieder geval in de ogen van de kat.

Veel katten hebben een grens van wat ze aan aandacht kunnen hebben en dit is een beetje afhankelijk van hoe ze gesocialiseerd zijn en hoe het karakter is. Het merendeel van de katten die genoeg aandacht hebben gehad springt van schoot of loopt gewoon weg. Sommige katten willen wel graag op schoot blijven liggen, maar hebben dan genoeg van het geaai en laten dat weten door signalen af te geven zoals de staart die gaat bewegen, de oren die wat meer gaan draaien en de stand van de oren die iets veranderd en er kan iets meer spanning in het lijf komen. Als daar niet op gereageerd wordt kan de kat alsnog van schoot afspringen of hij geeft een tik – zo van ‘nu is het genoeg!’

Maar hoe is dat nu van toepassing op deze kat? Deze kat kwam aandacht halen en haalde daarna zomaar uit zonder de voorafgaande signalen.

Stel je eens voor dat je lekker ontspannen op de bank zit met een goed boek en er komt iemand naast je zitten met wie je eerst even een kort praatje maakt, maar dat je daarna graag weer lekker in je boek duikt. De ander vindt het erg gezellig en blijft maar kletsen en je raakt ook nog elke keer je arm aan om je aandacht bij zijn gesprek te houden. Je probeert wat subtiele signalen zoals elke keer toch weer in je boek gaan lezen, of een beetje gaan verzitten zodat je wat verderaf komt te zitten of je draait je een beetje weg. Als dat niet overkomt bij de ander zul je er op een gegeven moment wat van zeggen. Een volgende keer in een zelfde situatie zul je waarschijnlijk veel eerder zeggen dat je liever een ander keertje verder praat maar nu lekker even wilt lezen.

En dat is eigenlijk wat deze kat nu waarschijnlijk geleerd heeft om te doen naast waarschijnlijke een hele lage aaigrens. Hij heeft eerdere keren veel signalen afgegeven dat hij er genoeg van had en een kort moment van aandacht voldoende voor hem was, maar daar is niet (voldoende) op gereageerd.

Als de kat zijn laatste signaal geeft – dus een tik uitdeelt – en merkt dat hierdoor het aaien stopt zal hij dit gedrag een volgende keer eerder uitvoeren, en de keer daarna nog eerder enz. totdat hij zover is dat hij alle signalen overslaat en gelijk slaat op het moment hij er genoeg van heeft.

Iedereen in het studentenhuis weet inmiddels dat je de kat beter niet kunt aanhalen en ze laten hem dus gewoon met rust. En dat is nu waarschijnlijk precies wat deze kat wil 😉

 

Een nieuw katje erbij?

Ik kreeg een mailtje over 2 katten die pas bij elkaar gezet waren en uit elkaar gehouden moeten worden omdat de 1 de ander niet met rust laat en of ik daar een oplossing voor had.

Zodra ik een dergelijke vraag krijg moet ik altijd gelijk denken aan een filmpje wat ik op youtube zag van mensen die een nieuw katje mee naar huis hadden genomen. Dit nieuwe katje werd in de armen meegenomen de kamer in waar de andere kat al was en het nieuwe katje werd zo voor de oude neergezet.

Gevolg: de oude kat viel het jonge katje aan en vervolgens de mensen die het jonge katje naar binnen hadden gebracht. Kortom grote stress en paniek. Niet alleen bij de katten, maar ook bij de eigenaren.

Maar wat ervaart de kat nu eigenlijk?

Stel je eens voor dat je thuis komt en er blijkt ineens een wildvreemde op je bank te zitten en hij heeft zichzelf al voorzien van een hapje uit de kast en een drankje uit de koelkast. Je kunt je voorstellen dat je hier niet van gediend bent en je misschien ook helemaal niet veilig meer voelt omdat er dus blijkbaar zomaar iemand binnen kan komen.

Als een kat ineens geconfronteerd wordt met een nieuwe huisgenoot die bovendien ook nog eens een soortgenoot is, is er ook bij de kat schrik en een gevoel van onveiligheid. Wij mensen kunnen dan nog een discussie aangaan, maar de kat heeft andere communicatiemiddelen en reageert op een heel andere manier.

Een kat is een territoriumdier waarbij zijn thuis het kernterritorium is. Hij voelt zich hier veilig en kan hier in principe volledig tot rust komen. Het territorium is eigenlijk het allerbelangrijkst voor de kat en een indringer zal dan ook verjaagd worden.

Dit maakt ook dat een zorgvuldige introductie nodig is om de grootste kans van slagen te hebben op harmonie tussen de twee nieuwe katten.

Maar territorium is niet het enige waar rekening mee gehouden moet worden. Ook de ervaringen met soortgenoten is belangrijk want sociaal zijn moet je geleerd hebben. En dat is heel lastig te bepalen bij een kat want sociaal zijn naar mensen is iets heel anders dan sociaal zijn naar soortgenoten.

En hoe zit het met het energieniveau en de leeftijd? Een jong katje heeft er zo veel van dat het soms een ADHD katje lijkt en een oude kater is misschien nog wel eens bereid tot een spelletje maar geniet ook heel graag van zijn lekkere plekje in de zon.

En net zo lastig als het bij mensen soms is om goed met elkaar overweg te kunnen zo geldt dat ook voor katten. Karakter, geur, ervaring, het speelt allemaal een rol bij het wel of niet verkrijgen van een goede band.

Dus wil je een nieuw katje bij een al in huis zijnde kat zetten, doe dan een zorgvuldige introductie waarbij stapsgewijs de katten aan elkaar kunnen wennen. Dit kan 1 dag in beslag nemen, maar kan soms ook een paar weken duren. Bouw de stappen zorgvuldig op en laat de snelheid van stappen maken bepalen door het gedrag van de kat(ten).

Wil je meer weten over hoe en welke stappen precies, neem dan contact op met een gedragstherapeut.

 

Agressief ding!

Een dringend telefoontje: “mijn kat valt me zomaar aan! Dit is al de derde keer – agressief ding, ik ben er klaar mee! Als die dit nog een keer doet gaat hij naar het asiel! Wat moet ik doen?”

Het blijkt te gaan om een kater die over het algemeen altijd lief is naar de eigenaar en graag aangehaald wil worden, maar nu terwijl ze hem wilde gaan aaien weer plots uithaalde naar haar. Ze was ervan overtuigd dat hij ineens vals geworden was.

Eén van zijn favoriete plekjes om te liggen is in de vensterbank van de keuken want dan kan hij mooi naar de vogelvoederplaats kijken. Hij komt regelmatig buiten, maar kan alleen naar buiten en naar binnen als zijn vrouwtje de deur voor hem open doet.

Bij verder doorvragen blijkt dat er recentelijk een nieuwe kat in de buurt is komen wonen en deze wordt wel eens in de tuin gezien. Hoewel de dame dit niet heeft gezien lijkt het erop dat dit net voor het aanvallen weer gebeurd was.

En een aanval door een kat is niet mis. Die nagels zijn vlijmscherp en geven vaak heel pijnlijke krassen. Als er dan ook nog gebeten wordt dan is helaas vaak een bezoek aan de huisarts noodzakelijk.

Wat gebeurt er nu vanuit de kat gezien?

Je ligt lekker naar de vogeltjes te kijken en je ziet ineens een indringer in je eigen tuin. Gelijk staat alles op scherp en de ene kat wil er gelijk achteraan om de indringer weg te jagen en een andere kat reageert meer angstig en maakt zich zo klein mogelijk in de zin van “ik doe even of ik er niet ben, maar hou je stiekem een beetje in de gaten”.

De kat met een wat grotere territoriumdrift zal er gelijk achteraan willen gaan en is al redelijk gespannen. Als de kat dan niet naar buiten kan omdat de toegang naar buiten geblokkeerd is loopt ook zijn frustratie op omdat hij niet kan doen wat hij eigenlijk wil. Kortom deze kat is tot het uiterste gespannen.

Als de kat op dat moment “gestoord” wordt door b.v. een ander huisdier of een gezinslid die hem wil gaan aaien krijgt die de volle reactie over zich heen. Eigenlijk is dat het gedrag dat bestemd is voor de andere kat buiten, maar ja, daar kan hij niet bij, dus helaas,……….

Het is een beetje te vergelijken met een situatie die wij als mensen vaak wel herkennen. Je bent druk bezig om iets voor elkaar te krijgen en alles wat je je maar kunt bedenken zit tegen. Er worden geen spullen op tijd aangeleverd, wat er aangeleverd wordt is niet compleet of er mankeert wat aan en je komt in tijdnood. Kortom de frustratie loopt op. Grote kans dat de eerstvolgende die je een verkeerde vraag stelt de volle (maar onterechte) laag krijgt.

Het aanvallen van de kat is dus geen “persoonlijke” aanval, maar een reactie op het doorbreken van een hele spannende situatie bij een kat die voorbereid is om zijn territorium te verdedigen.

Maar in een dergelijke situatie, wat is dan het beste wat je kunt doen?

Let allereerst goed op de signalen die je kat afgeeft. Let op de bewegingen van zijn staart, staat zijn vacht wat overeind? Hoe staan zijn oren en als je dat kunt zien – hoe staan zijn pupillen. Maakt hij geluid? en dan bedoel ik geen snorren 😉

De signalen kunnen heel subtiel zijn, maar over het algemeen zal hij een gespannen indruk maken. Laat de kat dan voorlopig even met rust. Al zijn stress en gespannenheid zal eerst weg moeten zijn voor je hem weer aanraakt. Om dit wat sneller te laten wegvloeien zou je een speeltje weg kunnen gooien waarmee je hem ten eerste afleidt en ten tweede zet je zijn stress in actie waardoor hij dit sneller kwijt is.

Maar echt, agressie heeft altijd een onderliggende reden en die is nooit om je te plagen. Wel kan het soms lastig zijn om te ontdekken wat die onderliggende reden dan is want dat kunnen er heel veel zijn, en afhankelijk van die reden kan er een plan gemaakt worden wat er gedaan kan worden om dit voortaan te voorkomen.

Vaak is dat helaas niet zo over de telefoon uit te pluizen maar samen met een in te schakelen gedragstherapeut die ook op huisbezoek komt kan er een volledig actieplan gemaakt worden wat zowel voor de kat als de eigenaar haalbaar is.

 


Wat doe jij eigenlijk ?

Je kent het wel, bij een verjaardag of een feestje tref je nieuwe mensen en krijg je op een gegeven moment de vraag wat je doet. Als ik dan vertel dat ik gedragstherapeut voor katten ben krijg ik vaak een 2-tal verschillende reacties.

De één is er van ongeloof zo van: is dat nodig dan? Of hè is de kat dan wat aan te leren? En een andere reactie is die van “oh leuk een kattenfluisteraar” of “wat leuk ik heb ook katten”.

Ik zelf heb er vaak geen erg in dat het beroep nog zo onbekend is, ik ben per slot van rekening ondergedompeld in kattengedrag en alles wat met de kat te maken heeft of kan hebben.

Gelukkig hebben steeds meer mensen oog voor de behoeften van de kat en is er ook steeds meer bekend over van alles wat met de kat te maken heeft. Ook is er steeds meer wetenschappelijk onderzoek dat zich specifiek richt op de kat, niet alleen medisch maar ook op voeding en gedrag.

Het leuke van mijn vak is dat als je dan op zo’n feestje er verder over praat er steeds meer vragen over het gedrag komen en dat geeft meestal veel plezier en soms een beetje een teleurstelling als gedrag verklaard kan worden vanuit aangeleerd gedrag en niet als specifiek voor het baasje gedaan.

Ook komt er soms iemand tot de ontdekking dat er toch iets mis is in hun kattenhuishouding maar meestal zijn mensen erg enthousiast en delen graag hun ervaringen met hun poezenbeest.

Het beroep van gedragstherapeut voor katten blijkt dus echter nog steeds vrij onbekend te zijn, en hoewel inmiddels haast iedereen weet dat je bij gedragsproblemen met je hond bij een gedragstherapeut terecht kunt wordt het vaak nog niet gezien dat ook veel katten een probleem kunnen hebben of dat het probleemgedrag vaak grotendeels of geheel opgelost kan worden.

Als je een probleem hebt met het gedrag van je kat is dat voor beide partijen niet leuk. Voor jou niet omdat je zijn gedrag vervelend vindt en niet snapt waarom hij dat doet terwijl je toch zoveel om je beest geeft. Voor je kat niet omdat het voor je kat een uiting is dat er wat hem betreft iets aan de hand is.

Het ongewenste gedrag kan natuurlijk een medische grondslag hebben en dat zal dan eerst uitgesloten moeten worden, maar als dit niet het geval is, is er iets anders aan de hand wat zo’n grote invloed op de kat en vervolgens op dienst gedrag heeft.

Aangezien katteneigenaren vaak juist een kat kiezen omdat deze heel graag zijn eigen gang gaat en overal graag controle over heeft wordt er daardoor ook vaak gedacht dat er niets aan haar of zijn ongewenste gedrag gedaan kan worden. Maar dat is nu juist zo leuk aan mijn vak. Het kan nl. heel vaak een heel stuk beter of zelfs helemaal verholpen worden!

Het opsporen van de oorzaak van het probleem voelt soms net alsof ik detective ben. Het is zo leuk om samen met de eigenaar te zoeken naar de oorza(a)k(en) en naast veel informatie via een vragenlijst komt er bij het huisbezoek heel veel aanvullende informatie bij en wordt het steeds duidelijker in welke hoek de oplossing(en) te vinden zijn die zowel voor de eigenaar als de kat goed werken.

En uiteindelijk is de eigenaar blij met het verbeterde gedrag van de kat en de kat blij dat “zijn” probleem opgelost is! Wat heb ik toch een geweldig vak!


Boeken

Goede en makkelijk leesbare boeken:

  • Begrijp ik mijn kat? – Nicky Gootjes & Sonja van den End
  • Kattig of poeslief? – Liesbeth Puts
  • 50 kattenspelletjes – Jackie Strachan
  • Zo train je je kat - John Bradshaw en Sarah Ellis

Drinktips

Katten zijn van nature slechte drinkers. Het meeste vocht krijgen ze via hun natuurlijke voer binnen (zoals muizen). Meer drinken is echter juist voor katten met een blaasontsteking of met een chronische nierbekkenontsteking erg belangrijk. Maar ook juist voor katten die alleen droogvoer krijgen is het goed om meer te drinken.

Wat kun je doen om je kat te stimuleren om uit zichzelf meer water te gaan drinken.

Kleine aanpassingen kunnen al van groot belang zijn om een kat te stimuleren om meer te drinken. Dit kunnen onder meer zijn:

  • Zorg dat het formaat van de waterbak groot genoeg is. De snorharen van een kat zijn erg gevoelig en veel katten vinden het niet prettig als de snorharen de kant van de waterbak (of de etensbak) raken.
  • Gebruik niet alleen kraanwater, maar experimenteer ook met regenwater of met vijverwater. Katten kunnen wisselende voorkeuren voor water hebben.
  • Kijk waar de voorkeur van je kat naar toe gaat. Vers water net uit de kraan of juist water dat al een paar dagen staat. Maak afhankelijk van die voorkeur de waterbak dagelijks of 1x in de paar dagen schoon.
  • Zet geen waterbak naast zijn etensbak. Een kat drinkt zelden waar hij eet.
  • Zet geen waterbak neer naast de kattenbak.
  • Zet meer waterbakken neer en plaats deze langs de normale looproute van de kat zodat hij op regelmatige afstand een drinkmogelijkheid heeft.


Voor nog meer tips kun je contact met mij opnemen.


Handige linkjes

Platform voor verantwoord dierbezit (LICG): Bij het LICG vind je alles over het aanschaffen en verzorgen van huisdieren zoals huisvesting, opvoeding, gezondheid en heel veel praktische zaken.

Wil je je kat meer uitdaging bieden? Neem dan eens een kijkje op deze website Hersenwerk voor katten

Wil je meer weten over allerlei aspecten van kattenvoer of ben je geïnteresseerd in een andere manier van voeren, kijk dan eens rond op de website van Arrianne.

VerzekerJeHuisdier is een onafhankelijke website die dierverzekeringen vergelijkt. Wil je dus meer weten welke verzekeringen er voor je huisdier zijn dan kun je hier een kijkje nemen.

Organimal is een webshop die zich richt op het welzijn van katten en honden. Dit op basis van een holistische benadering inclusief 100% natuurlijke supplementen. Je kunt er terecht voor natuurlijke alternatieven voor bepaalde producten van de dierenarts vooral op het gebied van voeding/suppletie.

Ben je toevallig op mijn website terecht gekomen, maar zit ik niet bij je in de buurt dan kun je misschien terecht bij:


Gedragstherapeut en trimster Ada van der Molen, regio Arnhem

Heb je kattenvragen en woon je in de buurt van Geldrop en omgeving dan kun je terecht bij Gedrachtstherapeut Coby Malogrino, .


Voerpuzzels

Verrijking van de leefomgeving van de kat kan op verschillende manieren en één daarvan is om dit te doen door middel van een voerpuzzel. Door te puzzelen of op zoek te moeten gaan naar hun brokjes wordt voor deels voorzien in hun jachtbehoefte en dit gaat mogelijke verveling tegen.


Er is van te voren niet 100% te bepalen hoe een kat met een voerpuzzel omgaat. De een houdt er van om te ‘hengelen’ de volgende houdt ervan om juist ergens aan te trekken en weer een ander houdt van een draaiende beweging.


Als de kat dit nooit eerder gedaan heeft is het soms ook eerst even wennen en kunnen ze wel wat hulp gebruiken door het ze een aantal keren voor te doen. Als er in het begin dan ook nog iets extra lekkers in gedaan wordt in plaats van hun gewone brokjes dan krijgen ze het snel genoeg door.

De aller gemakkelijkste voerpuzzel is om hun hoeveelheid brokjes verspreid door het hele huis te “verstoppen” Een paar brokjes op een randje of een richeltje of achter een doosje in een hoekje geeft ze al een extra bezigheid.

Een andere gemakkelijke manier om je kat lekker te laten lopen en “jagen” is door één voor één een brokje weg te gooien, zoals mooi te zien is in een slow-motion filmpje met de kat Moksi van de fam. Van den Bol.

Er zijn heel wat voerpuzzels kant en klaar te koop, maar ben je creatief dan kun je zelf aan de slag met wc-rollen en doosjes en zijn de mogelijkheden legio. Voerpuzzelen hoeft dus helemaal niet duur te zijn. Op internet zijn heel veel voorbeelden en ideeën te vinden.

Het voordeel van kunststoffen voerpuzzels is dat ze in de vaatwasmachine kunnen en zo regelmatig schoongemaakt kunnen worden in plaats van opnieuw maken. Kunststoffen voerpuzzels waar ik goede ervaringen mee heb, zijn:

Voor de beginnende puzzelaar:

Cat Activity Snack Box

Karlie Flamingo NORTHMATE ® Catch

Cat Activity Fun Board

Edupet Cat Center

Cat Activity Fantasy Board.

Voor de slimme kat of de gevorderde puzzelaar:

Pipolino Anti-Stress home trainer

Cat Activity Playground

Cat Design Senses Voer Labyrint

Cat Activity Brain Mover

Cat Activity Turn Around

Een enkele voerpuzzel is ook geschikt voor natvoer, maar de meeste zijn het best te gebruiken met droogvoer.